Onderzoek

Ben je vrouw, van kleur of kom je van buiten, dan krijg je het lastig bij NOS Sport

In haar jaren als presentator bij NOS Sport voelt Aïcha Marghadi zich met de nek aangekeken. In de afgelopen twintig jaar, blijkt uit onderzoek van de Volkskrant, kregen (oud-)medewerkers en andere betrokkenen te maken met pesterijen, seksisme en buitensluiten op de redactie. ‘Ze hebben me gewoon laten verzuipen.’

Onderzoek

Ben je vrouw, van kleur of kom je van buiten, dan krijg je het lastig bij NOS Sport

In haar jaren als presentator bij NOS Sport voelt Aïcha Marghadi zich met de nek aangekeken. In de afgelopen twintig jaar, blijkt uit onderzoek van de Volkskrant, kregen (oud-)medewerkers en andere betrokkenen te maken met pesterijen, seksisme en buitensluiten op de redactie. ‘Ze hebben me gewoon laten verzuipen.’

Vastberaden klopt presentator Aïcha Marghadi op de deur van hoofdredacteur Maarten Nooter van NOS Sport. Het is eind 2010 en ze werkt nog niet zo lang als nieuwslezeres bij het sportjournaal. Op tv lijkt alles goed te gaan, maar op de redactie praten haar collega’s nauwelijks met haar. Al een tijd vraagt ze zich af wat er is. Doet ze iets niet goed? Of gaat dit over iets anders?

Ze voelt dat mensen aan haar twijfelen. En dat brengt de vechtlust in haar boven. Ze wil ervoor zorgen dat niemand nog iets op haar aan te merken heeft.

‘Ik heb besloten dat ik een mentor wil’, zegt ze die dag tegen de hoofdredacteur. ‘En ik weet ook al wie dat moet worden.’

‘Hij was verbaasd en zei: o, wat goed dat je er zo over nadenkt’, vertelt Marghadi. ‘Hij vroeg wie ik in gedachten had. Ik had mijn antwoord al klaar: Tom Egbers.’ Ze vertelt dat ze Egbers vlak daarvoor heeft gepolst en dat hij ja heeft gezegd. Marghadi bewondert hem. Ze vindt hem de beste. Mister Studio Sport.

Even is het stil in de kamer.

Tegenover de Volkskrant beschrijft Marghadi hoe de hoofdredacteur van NOS Sport vervolgens reageert. ‘Hij zei dat hij dat geen goed idee vond’, vertelt ze. ‘Ik vroeg hem waarom. Eerst draaide hij eromheen, maar toen ik aandrong, zei hij dat Tom nogal moeite had met mooie vrouwen. Ik zei dat ik daar zelf bij was en dat ik het echt graag wilde. Maar hij schudde zijn hoofd. Hij maakte duidelijk dat het serieus was. Hij vertelde dat Tom in het verleden problemen had gehad op de redactie. Hij trad verder niet in detail, maar hij was wel ferm. Dit ging niet gebeuren.’

Marghadi durft in het kantoor van Nooter niet verder door te vragen. ‘Ik stamelde iets als: oké, duidelijk, bedankt’, zegt Marghadi. ‘En ik liep zijn kamer uit.’

Aïcha Marghadi Foto: Linelle Deunk

Toch geeft de nieuwslezeres haar plan niet zomaar op; er is nóg een presentator die ze goed vindt.

Ze belt Jack van Gelder op een middag. ‘Hai Jack, zei ik, bel ik gelegen? Daarop vertelde hij dat hij lekker in bad lag, dat hij zijn hoofd net kaal had geschoren. Ik vroeg of ik later terug moest bellen. Nee hoor, zei hij. Ik twijfelde even, maar begon toch te praten over het werk, over de uitzendingen en wat hij daarvan vond. Hij vroeg waar ik was. Thuis, zei ik. Nou, hij was ook thuis – niet ver bij mij vandaan. Ik vroeg hem of hij me misschien zou willen helpen om een betere presentator te worden. Daar wilde hij wel over nadenken, zei hij.’

Hoe het gesprek woordelijk verder loopt, kan Marghadi (45) zich niet precies herinneren. Maar ze herinnert zich wel dat het ongemakkelijk wordt, als Van Gelder oppert of ze er niet even bij wil komen liggen in bad. ‘Ik vroeg me af of hij een grap maakte’, zegt Marghadi. ‘Ik kletste er wat overheen, maar ik dacht: what the hell gebeurt hier? Het laatste wat ik zei, was: Jack, ik zie je op het werk.’

Marghadi neemt het Van Gelder op dat moment niet echt kwalijk. Wel loopt ze een paar dagen later binnen bij hoofdredacteur Nooter om te vertellen waarom haar zoektocht naar een mentor opnieuw is stukgelopen. ‘Hij keek me aan en zei: jaaaa, zo is Jack.’

Van Gelder laat in een reactie weten dat hij zich de situatie niet kan herinneren, maar dat hij Marghadi ‘het voordeel van de twijfel’ wil geven. ‘Als ik dat al heb gezegd, dan heb ik dat als grap bedoeld, als een dolletje, waarvan ik niet heb kunnen inzien hoe dat bij haar is aangekomen. Maar als zij het als kwetsend heeft ervaren, dan had ze me er toch meteen op aan kunnen spreken, zo van: ben je wel goed bij je hoofd, ofzo? Dan had ik me bij wijze van spreken nog meer verplicht gevoeld om haar te helpen met haar carrière, om het gevoel weg te nemen dat ik op een verkeerde manier met haar was omgegaan.’

Hoofdredacteur Maarten Nooter wil niet inhoudelijk reageren op vragen over deze voorvallen.

Al jaren onrust

In november 2022 publiceerde de Volkskrant een artikel over grensoverschrijdend gedrag bij talkshow De Wereld Draait Door. Snel daarna namen medewerkers van NOS Sport contact op met de krant. Op hun redactie sluimert al jaren onrust.

De Volkskrant sprak de afgelopen maanden met 32 medewerkers, oud-medewerkers en andere betrokkenen van NOS Sport. Daaruit blijkt dat bij de grootste sportredactie van Nederland al lange tijd een cultuur heerst waarin vrouwen zich onveilig voelen en waarbij meldingen van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag niet serieus worden behandeld. Onder medewerkers heerst angst, sommigen voelen zich geïntimideerd door leidinggevenden en de hoofdredactie.

Medewerkers spreken over een cultuur van cliëntelisme, waarin buitenlandse reizen naar belangrijke sporttoernooien zoals de WK’s en de Olympische Spelen worden verdeeld op basis van persoonlijke relaties en gunsten. Enkele beeldbepalende personen, onder wie presentatoren, commentatoren en verslaggevers, wanen zich onaantastbaar. Hun wordt consequent de hand boven het hoofd gehouden. De hoofdredactie, waarvan sommige leden er al bijna twintig jaar zitten, zou zich niet ten volle realiseren hoe giftig de sfeer onderling is. En hoeveel impact dat op medewerkers heeft.

De meeste medewerkers wilden alleen spreken op voorwaarde van anonimiteit, uit angst voor consequenties voor hun loopbaan. Tientallen anderen lieten weten (nog) niet met de krant te willen praten, in afwachting van de uitkomsten van de interne inventarisatie van de NOS en de afhandeling daarvan. Wel benadrukten velen van hen dat verandering noodzakelijk is.

Een aantal van de in dit verhaal beschreven situaties werd ook gemeld bij de externe vertrouwenspersoon, die in opdracht van de NOS-directie in december werd ingeschakeld om ‘een inventarisatie’ van de problemen te maken. De bevindingen daarvan – nadat bijna honderd (oud-)medewerkers zich hadden gemeld – werden donderdag met de redactie gedeeld. Het gaat om ‘meldingen van pestgedrag, (seksuele) intimidatie, discriminatie, verbale agressie en integriteitsvraagstukken over een tijdsbestek van langer dan twintig jaar’. Dit gedrag kon volgens de inventarisatie plaatsvinden doordat er een cultuur was waarin de focus vooral lag op het eindresultaat en te weinig op ‘het menselijke aspect’. De hoofdredactie wordt verweten ‘niet genoeg te hebben gedaan met signalen van grensoverschrijdend gedrag’.

‘Veel mensen hebben zich járen en járen niet gehoord gevoeld’, stelde presentator Dione de Graaff op een personeelsbijeenkomst in december, waarvan de geluidsopnamen in het bezit zijn van de Volkskrant. ‘Er zijn echt wel meldingen geweest waar niks mee is gedaan’, zei NOS-verslaggever Jeroen Stekelenburg. ‘Jullie wísten ervan’, aldus NOS-commentator Mark Brasser, ‘en er is niks gebeurd.’ ‘Dit is echt niet nieuw’, zei een boze vrouwelijke medewerker, ‘dat horen we allemaal op de sportvloer. Grensoverschrijdend gedrag – seksueel, intimiderend – het is allemaal voorbijgekomen.’

Maarten Nooter

Maarten Nooter is sinds 2004 hoofdredacteur van NOS Sport. Naar aanleiding van de uitkomsten van de inventarisatie zei hij dat de hoofdredactie op termijn terugtreedt. Niet direct, want ‘de continuïteit van de sportverslaggeving dient gegarandeerd te blijven’.

Hoe onveilig de situatie kan zijn, blijkt een paar dagen na de bijeenkomst. Tijdens een chefsoverleg zegt hoofdredactielid Ewoud van Winsen volgens meerdere bronnen dat hij juist zelf een klacht zou moeten indienen bij de vertrouwenspersoon tegen een medewerker die kritische vragen stelde op de personeelsbijeenkomst. De medewerker had het daarbij opgenomen voor collega’s die last hadden gehad van grensoverschrijdend gedrag. De hoofdredactie van NOS Sport wil op dit voorval niet reageren.

In een reactie op de inventarisatie zei NOS-directeur Gerard Timmer donderdag in een persbericht dat de meldingen ‘hem raken’ en dat het ervaringen zijn ‘die we willen erkennen en waar we excuses voor maken’. In de inventarisatie werden meerdere meldingen over dezelfde personen gedaan. De directie zegt ‘in gesprek te gaan met betrokkenen’ bij wie een patroon waarneembaar is. Alleen indien melders ‘dat wensen’ gaat een klachtencommissie meldingen over grensoverschrijdend gedrag ‘op feiten onderzoeken’.

De Volkskrant heeft de hoofdredactie van NOS Sport op 3 maart in totaal 37 vragen voorgelegd over concrete situaties uit dit verhaal en het handelen van de hoofdredactie. Geen van die vragen is inhoudelijk beantwoord.

Tijdens de personeelsbijeenkomst in december erkende hoofdredacteur Nooter al wel dat ‘er dingen niet kloppen’, dat het ‘voor vrouwen niet makkelijk is om op onze redactie te zijn of te komen’ en dat het bij NOS Sport ‘niet helemaal oké is’. Nu de inventarisatie dat eveneens aantoont, zegt de hoofdredactie ‘op termijn’ het veld te ruimen, om zo ‘ruimte te maken voor nieuw leiderschap’.

Jack van Gelder

Jack van Gelder werkte tussen 1975 en 2015 voor NOS Sport als presentator, verslag­gever en commentator. Zijn stem is verbonden met ­enkele iconische sportmomenten, zoals WK-goals van voetballers Dennis Bergkamp en Robin van Persie.

Totaal andere culturen

De redactie van NOS Sport huist op de vierde verdieping van een vaalmarmeren gebouw op het Media Park in Hilversum, één verdieping boven NOS Nieuws. Op de twee afdelingen heersen totaal andere culturen, verklaren medewerkers die op beide vloeren rondliepen. Nieuws is dynamisch, prestatiegericht, met veel doorstroom. Op de sportredactie, zegt een oud-medewerker, lijkt het eerder ‘of de tijd heeft stilgestaan’. Er zijn relatief weinig vrouwen (jarenlang schommelde het percentage rond de 20 procent) en mensen met een migratieachtergrond zijn er al helemaal nauwelijks.

Zo’n 180 vaste medewerkers en tientallen freelancers doen onder meer live verslag van sportwedstrijden, maken dagelijkse sportjournaals en voorzien de website van nieuwsberichten over sport. De redactie bestaat uit presentatoren als Tom Egbers, Dione de Graaff en Henry Schut, commentatoren als Herbert Dijkstra en Arno Vermeulen en verslaggevers als Joep Schreuder en Jeroen Stekelenburg. Zij zijn de gezichten en stemmen van NOS Sport. Daaromheen werken tientallen eindredacteuren, nieuwsredacteuren, beeldredacteuren en producers, aangestuurd door chefs. Eindverantwoordelijk is de vierkoppige hoofdredactie, onder leiding van Maarten Nooter, die er al bijna twintig jaar zit.

Veel medewerkers uit de boezem van de organisatie hebben de ambitie om zelf ook op te klimmen tot presentator, commentator of verslaggever. Sommigen wachten al jaren op hun kans. Maar de plekken zijn schaars en het verloop is laag: mensen die eenmaal zo’n positie hebben, staan die niet meer snel af.

Meerdere pijnpunten

In het verhaal van Aïcha Marghadi komen meerdere pijnpunten van NOS Sport samen. ‘Time to come clean’, zet ze op Twitter, als blijkt dat er een inventarisatie komt naar de werksfeer. Toch gaat ze aanvankelijk niet in op een gespreksverzoek van de Volkskrant, omdat ze eerst met de vertrouwenspersoon wil praten. Maar uiteindelijk doet ze het toch, omdat ze vindt dat het ook met de buitenwereld gedeeld moet worden. Haar relaas wordt op verschillende punten ondersteund door bronnen. Ook heeft Marghadi hierover grotendeels al jaren eerder verteld aan een vertrouweling, bevestigt deze persoon. Hoofdredacteur Nooter zegt zich niet te herkennen in de door Marghadi genoemde voorbeelden, maar wil niet zeggen wat er volgens hem niet klopt.

Het is oktober 2010 als ze voor het eerst wordt benaderd door de redactiechef van NOS Sport. Hij wil koffie met haar drinken.

De man vraagt haar een screentest te doen. Marghadi: ‘Ik vond het belangrijk te weten waarom ze mij vroegen. Hij zei: je spat van het scherm af en vertelt goed.’ Ze werkt dan nog bij de Amsterdamse nieuwszender AT5, waar ze eerst sport presenteerde en later het nieuws. Al haar hele leven wil ze maar één ding: het journaal presenteren. Sport is niet haar eerste keus, maar dit is haar kans.

Foto: ANP

Vanaf dat moment gaat het snel. Ze doet een screentest, hoort dat ze is aangenomen en heeft de week erop haar eerste uitzending. Op die dag loopt ze voor het eerst het kantoor van hoofdredacteur Maarten Nooter binnen. ‘Hij zei: we hebben de screentest bekeken, en je stak er met kop en schouders bovenuit’, vertelt Marghadi. Maar in hetzelfde gesprek waarschuwt hij haar. ‘Hij zei: realiseer je goed dat je hier bij een triple-A-merk zit, en dat iedereen straks iets van je gaat vinden. Ik knikte en zei: oké.’ Ze is door het dolle heen. ‘Eigenlijk hoorde ik toen nauwelijks meer wat hij zei.’

De hoofdredactie is aanvankelijk lyrisch, stelt ze. ‘Ik kreeg te horen dat ik een vliegende start had gemaakt.’ Maar op de redactievloer wordt ze naar eigen zeggen koel ontvangen. De eerste week loopt ze met een zelfgebakken cake de sportredactie op. ‘Ik riep: jongens, ik heb cake! Niemand reageerde. Ja, één eindredacteur. De rest zweeg. De meeste mensen keken naar me met een blik van: wat doet zij hier in godsnaam?’

Aanvankelijk zoekt ze er niks achter. ‘Ik zei tegen mezelf: dit is gewoon een harde wereld, dit is hoe het hier gaat – suck it up. Als je dit niet kunt verdragen, dan ben je hier gewoon niet geschikt voor.’

Heel even denkt ze terug aan de waarschuwing die de hoofdredacteur haar gaf tijdens hun gesprek. ‘Hou er rekening mee’, aldus Nooter, ‘dat hier heel ambitieuze mensen zitten. Mensen die aan de poten van je stoel gaan zagen.’ Een andere medewerker bevestigt een soortgelijke waarschuwing van Nooter te hebben gekregen.

‘Maar ik dacht: hoe erg kan het zijn?’, zegt Marghadi. ‘En ik dacht: als ik maar goed werk aflever, dan komt het wel goed.’

Een collega uit die tijd ziet dat anders. ‘Eigenlijk’, zegt hij, ‘was Aïcha kansloos vanaf het moment dat ze voor het eerst de redactievloer opliep. Ze was én vrouw én iemand van kleur én iemand van buiten.’

Een soort voetbalkantine

Voor nieuwkomers voelt de redactie al jaren als een soort voetbalkantine. Enkele presentatoren en commentatoren voeren het hoogste woord en dulden geen tegenspraak. Veel collega’s laten het wel uit hun hoofd om tegen hen in te gaan, omdat zoiets vaak uitloopt op een conflict. Zo negeert een presentator collega’s soms wekenlang nadat ze met hem in discussie zijn gegaan. Een andere presentator schreeuwt na een discussie tegen een collega: ‘Wie denk je wel dat je bent, eindredacteurtje?’

De meeste medewerkers zijn fan van een voetbalclub, vaak Ajax, en steken dat op de redactie niet onder stoelen of banken. Op zondag 20 januari 2019 zijn Ajax en PSV verwikkeld in de titelstrijd en speelt PSV eerst een uitwedstrijd tegen Emmen. Als Emmen in de blessuretijd de gelijkmaker scoort, stijgt er bij NOS Sport een luid gejuich op. Een PSV-fan op de redactie noemt de sfeer later vijandig.

Later die dag komt Ajax tegen Heerenveen in de laatste tien minuten van de wedstrijd op een 4-3-voorsprong. Tom Egbers, die avond presentator van de uitzending met de samenvattingen, staat op, zet een paar passen richting een collega die voor Heerenveen is en schreeuwt hem met gebalde vuisten toe. De man, die werkt als eindredacteur voor de website, reageert geïrriteerd. ‘Ga toch weg’, zegt hij, ‘import-Amsterdammer.’

‘Wát zeg jij?’, schreeuwt Egbers woedend, terwijl hij vlak voor de man gaat staan. Zelf ontkent Egbers dit voorval.

Tom Egbers

Tom Egbers werd in 1984 aangenomen bij NOS Sport. Als presentator en verslaggever was hij te zien bij talloze sportjournaals en -evenementen. Hij schreef meerdere boeken, waaronder twee over voormalig Heracles-­voetballer Steve Mokone.

In een nieuwsbrief aan de redactie, in het bezit van de Volkskrant, reageert de hoofdredactie er vijf dagen later op. ‘Tal van collega’s ergeren zich eraan dat het op de sportredactie soms wel een supportershome lijkt’, staat er. ‘Gejuich. Gestook. Lawaai. Dat kan niet.’ De brief eindigt met een waarschuwing. ‘Als je aan het werk bent, hoort daar professionaliteit en neutraliteit bij. Of je nou in het stadion zit, of hier aan het bureau. Je bent aan het werk. En dus heb je je te gedragen.’

Testosteron beheerst regelmatig de redactie, verklaren oud-medewerkers. Een van hen, een beeldredacteur, vertelt hoe hij met een collega-beeldredacteur en een editor in 2018 een samenvatting moet maken van een turnwedstrijd. Met z’n drieën zitten ze in een montageruimte en bekijken ze alle beelden die er binnenkomen van turnsters in strakke pakjes.

‘Tijdens een oefening spreidde een turnster haar benen’, vertelt de oud-medewerker. ‘Mijn collega spoelde terug naar precies het moment dat haar benen het wijdst uit elkaar waren, en zette het beeld stil. ‘Laat maar eens zien wat je daar tussen je benen hebt’, zei hij. Later gebeurden dat soort dingen vaker. Ik durfde er niks van te zeggen, maar dacht toen al: is dit nou normaal gedrag bij een publieke omroep?’

Op de redactie is het tot op de dag van vandaag gebruikelijk om openlijk te spreken over het uiterlijk van vrouwelijke sporters en collega’s, vertellen oud-medewerkers. ‘Met enige regelmaat ging het over de vraag of je ‘haar zou doen’’, vertelt een van hen. Seksueel getinte opmerkingen of grappen zijn aan de orde van de dag. Als een collega op een avond naar huis gaat, roept Tom Egbers op luide toon over de redactie richting hem: ‘En vanavond een beetje harde seks, hè!’ Egbers zelf ontkent dit gezegd te hebben.

Foto: ANP

Een aantal vrouwen vertelt dat ze in het begin van hun carrière niet voor vol worden aangezien. Meerdere vrouwen krijgen bijnamen vanwege hun borsten. Een vrouwelijke collega krijgt te horen: ‘Je weet toch dat je hier alleen zit omdat je een vrouw bent, het was nog beter als je ook nog zwart was geweest.’

Het leidt er mede toe dat sommige vrouwelijke medewerkers van NOS Nieuws, die een verdieping lager zitten, liever niet over de sportredactie lopen, en zeker niet ’s avonds. Vrouwen op de ‘sportvloer’ proberen bepaalde collega’s zo veel mogelijk te ontwijken, of ze leren ermee om te gaan. Ze ontwikkelen een olifantenhuid en gaan soms zelfs mee in het gedrag. ‘Misschien is dat de enige manier om je staande te houden’, zegt een medewerker. ‘Maar zo blijft die cultuur wel in stand.’

Hardnekkige avances

Er speelt nog iets anders: nieuwe, jonge vrouwelijke stagiairs en medewerkers merken dat sommige collega’s hardnekkige pogingen doen om toenadering te zoeken, vertellen bronnen aan de Volkskrant. Vaak zijn het oudere mannen, met veel status op de redactie.

Eind 2009 doet een medewerker een melding bij de hoofdredactie. De jonge, getalenteerde vrouw is in 2005 als 22-jarige begonnen bij NOS Sport als stagiaire. De inhoud van haar melding wordt door meerdere bronnen aan de Volkskrant bevestigd. Ook de beschreven gebeurtenissen worden op belangrijke punten door meerdere bronnen bevestigd.

Volgens de melding wordt de stagiaire kort na haar start benaderd door de dan 48-jarige presentator Tom Egbers, die herhaaldelijk laat blijken haar leuk te vinden. Hij stuurt haar talloze sms’jes en mailt en belt haar, soms midden in de nacht. Egbers is dan al een icoon van NOS Sport. Uiteindelijk valt de vrouw, die na haar stage bij NOS Sport blijft werken, voor zijn avances. Ze zoenen een aantal keer en daar blijft het bij, meldt ze de hoofdredactie.

De jonge medewerker vertelt de hoofdredactie dat zij in de nazomer van 2008, als de affaire al is beëindigd, wordt benaderd door Egbers’ vrouw Janke Dekker, die er lucht van heeft gekregen. Onder druk van Dekker – nu voorzitter van meldpunt Mores, voor ongewenste omgangsvormen in onder meer de televisiesector – zou de medewerker de affaire aan haar hebben toegegeven.

Na dat gesprek escaleert de situatie verder. Op de redactie zien medewerkers van NOS Sport hoe Egbers haar begint te pesten en te intimideren. In het bijzijn van meerdere collega’s noemt hij haar ‘de as van het kwaad’, ‘het vergif’ en ‘serpent’. Ook maakt hij, wanneer zij langsloopt, het handgebaar waarmee hij doet alsof hij iemands keel doorsnijdt, zeggen twee medewerkers. Tegen collega’s zegt hij dat ze niet meer met haar moeten werken.

In diezelfde tijd stuurt een NOS-collega de jonge vrouw een mail, in het bezit van de Volkskrant, naar aanleiding van een ander voorval op de redactie. Daarin zegt hij op de hoogte te zijn van meerdere situaties van grensoverschrijdend gedrag van Egbers tegenover vrouwen op de NOS-redactie.

Foto: ANP

Het gedrag van Egbers, dat bij NOS Sport bijna twee jaar voortduurt, heeft grote impact op de jonge vrouw. Collega’s die ze in vertrouwen neemt, horen van haar dat ze zich onveilig voelt. Meerdere collega’s zien Egbers de vrouw intimideren, maar voor zover bekend zegt niemand er iets van.

Ten einde raad stapt de jonge medewerker uiteindelijk, samen met verslaggever Jeroen Stekelenburg, binnen bij de hoofdredactie en meldt ze alle voorvallen op de werkvloer. Ook vertelt ze dat hij haar daarbuiten heeft lastiggevallen. De hoofdredactie belooft met Egbers te gaan praten en adviseert de vrouw ook naar de politie te stappen als dit zo doorgaat. Stekelenburg wil niet inhoudelijk ingaan op vragen hierover van de Volkskrant.

Het aangekondigde gesprek van de hoofdredactie met Egbers verandert niets. Het pesten gaat door. Een jaar later vertrekt de vrouw bij NOS Sport, omdat het niet langer gaat. ‘Ze was van de ene op de andere dag verdwenen’, zegt een collega. ‘Door de hoofdredactie is daar nooit iets over gezegd.’

Spijt

In een reactie laat Tom Egbers weten anders tegen de gebeurtenissen aan te kijken. Hij stelt dat hij de relatie met de jonge medewerker zelf bij de hoofdredactie en de directie heeft gemeld. Ook zegt hij spijt te hebben van de affaire. ‘Onze relatie als zodanig betreur ik nu, vele jaren later, zeer zeker. Vanwege het verdriet dat ik er in mijn privéleven mee heb veroorzaakt. Ook het feit dat zij destijds twintiger was en ik veertiger telt voor mij, na al die jaren terugkijkend, zwaar.’

Het gegeven dat Egbers de privésituatie heeft meegenomen naar de werkvloer en daarbij ook andere collega’s betrok, betreurt hij nu. ‘Vijftien jaar later zeg ik: dat had ik beter niet kunnen doen.’ Egbers zegt de intentie te hebben gehad om zich terug te trekken bij Andere Tijden Sport, het programma waar hij veel met de vrouw samenwerkte, vanwege de volgens hem ‘onwerkbare situatie’. Na gesprekken met onder andere de hoofdredactie en de directie kwam hij hier naar eigen zeggen van terug. ‘Dat ik vervolgens toch moeite bleef houden met de aanwezigheid van (…) kan ik niet ontkennen. (…) Ik kijk op deze hele periode terug als een uitzonderlijk verdrietige, waarin ik fouten heb gemaakt. Daarvan heb ik spijt. Ik kan het helaas niet terugdraaien.’

De jonge vrouw zelf wil niet op de zaak ingaan. Uiteindelijk geeft ze een schriftelijke reactie. ‘Ik heb jaren geleden de deur achter me dichtgetrokken en heb daar geen seconde spijt van gehad. Het is een omgeving waarin mensen het slechtste in elkaar naar boven halen. Ik heb toentertijd de misdragingen bij de hoofdredactie gemeld, maar daar is vrijwel niets mee gedaan. Ik vind het nu vooral belangrijk dat niemand dit gedrag ooit nog hoeft mee te maken. En dat er echt maatregelen genomen gaan worden.’

Het is een verhaal dat tot op de dag van vandaag wordt besproken op de redactie, zeggen medewerkers. Het is ook het verhaal waaraan hoofdredacteur Nooter lijkt te refereren in zijn gesprek over de mentor met Aïcha Marghadi. Voor sommige jonge vrouwen is het een reden om bij Egbers uit de buurt te blijven.

Het is óók de reden waarom meerdere mensen bij NOS Sport naar eigen zeggen de afgelopen tijd geen misstanden hebben gemeld bij meldpunt Mores, geleid door Egbers’ vrouw. Ze vertrouwen er niet op dat hun klachten daar onafhankelijk zullen worden behandeld. Dekker wil zelf niet reageren op vragen hierover. Ook wil ze zelf niet in gesprek met de Volkskrant. Via haar advocaat Richard Korver laat Dekker weten dat zij eraan twijfelt of deze krant ‘open en objectief opereert’. Wel stelt haar advocaat dat Dekker het toejuicht dat ‘een verziekte cultuur/klimaat binnen een mediabedrijf aan de kaak wordt gesteld’.

Moeilijke eerste maanden

Marghadi heeft het moeilijk op de redactie. Ze werkt nu een paar maanden bij NOS Sport, maar ze vindt weinig aansluiting bij collega’s. ‘Het was niet zo dat mensen tegen me zeiden: donder op. Het was veel subtieler. Mensen praatten gewoon niet tegen me. Gesprekken vielen dood.’

Haar kennismaking met Mart Smeets verloopt bijzonder. ‘Na een uitzending liep ik op een volle redactie op hem af. Ik stak mijn hand uit en stelde me voor. Hij staarde naar mij en mijn hand, pakte die vast, keek naar collega’s om zich heen en zei: ‘Wat moeten we hiermee?’

Zelf zegt Smeets hier niets meer van te weten. ‘Ik had en heb geen idee meer dat zij bij de NOS gewerkt heeft’, stelt hij. ‘Ik kan me nauwelijks indenken dat ik die tekst heb losgelaten. Niets voor mij, ik houd van manieren en om die op die wijze geweld aan te doen… Maar ik ben veel herinneringen kwijt van het verleden.’

De sportredactie van de NOS zit vol sportfanaten, mensen met een indrukwekkende feitenkennis die vaak al hun hele leven intensief sport volgen. Collega’s die dat minder hebben, nemen ze nauwelijks serieus. Naar vrouwen wordt in dat kader met argusogen gekeken.

Foto: Linelle Deunk

Marghadi houdt van sport, maar is geen enorme kenner. Ze heeft zo’n dertig jaar gevoetbald als spits bij VV Winkel, de club vlak bij haar dorp Lutjewinkel. Op tv keek ze af en toe naar voetbal, vooral interlands. Maar wie er zilver won op de 500 meter schaatsen tijdens de Olympische Spelen van 1988 (Jan Ykema), dat soort feiten heeft ze niet paraat.

Een NOS’er die in die tijd wel normaal contact met haar heeft, ziet hoe vijandig Marghadi door sommige collega’s wordt behandeld. ‘Ik wist dat ze goed genoeg was, haar uitzendingen waren goed’, zegt hij. ‘Maar er werd in algemene zin getwijfeld aan haar kennis en journalistieke inzicht.’ Volgens de medewerker heeft een aantal collega’s het al vanaf het begin op haar gemunt. ‘Ook als ze wél dingen wist, werd er genadeloos op haar ingehakt.’

Op de redactie wordt nog steeds gelachen over vrouwelijke presentatoren die in het verleden fouten maakten. Zoals Daniëlle Oerlemans, die de FA Cup (het belangrijkste bekertoernooi in het Engelse voetbal) uitsprak als de ‘Faa Cup’. Of Astrid Kersseboom, die de wielerwedstrijd Parijs-Nice aankondigde als ‘Parijs tegen Nice’. Marghadi neemt zich voor dat dát haar op tv nooit zal overkomen. Het is een van de redenen dat ze op zoek gaat naar een mentor.

Ze neemt zich voor het zo veel mogelijk zelf te doen. Ze leest voetbalkranten, volgt de wedstrijden, verdiept zich in de sportgeschiedenis en kijkt veel filmpjes om de uitspraak van namen te leren, vertelt ze. Evengoed roept ze soms hoon over zichzelf af. Als ze op eigen verzoek meegaat naar stadion Thialf in Heerenveen, vraagt ze wat een ‘dweil’ nou eigenlijk precies is. ‘Achteraf dacht ik ook: Aïcha, dat had je beter zelf even kunnen opzoeken. Want ja, na zo’n vraag krijg je hem natuurlijk. Maar tegelijkertijd is dat precies wat ik daar kwam doen: iets leren.’

Maar voor kennis is ze ook afhankelijk van redacteuren en verslaggevers. En dat ligt moeilijk.

Gepest op de redactie

Drie oud-collega’s bevestigen dat Marghadi wordt gepest op de redactie. ‘Iedereen werd meegevraagd om te lunchen, behalve Aïcha’, vertelt een van hen. ‘In de kantine zat ze vaak alleen aan een tafeltje. Ze werd achter haar rug om uitgelachen, belachelijk gemaakt, soms bijna openlijk. Als ze een foutje maakte in de uitzending, bijvoorbeeld bij de naam van een Oost-Europese hoogspringer, werd dat haar wekenlang nagedragen op de redactie. Ik kan me herinneren dat Aïcha een keer met een zak broodjes aankwam en vroeg: wie wil er eentje? Niemand reageerde. De hoofdredactie móét hiervan hebben geweten.’

Sommigen zeggen nu buikpijn te hebben van de manier waarop er met haar is omgegaan. ‘Ze was ambitieus, aardig en wilde leren’, zegt een andere medewerker. ‘Ze had flair. En toch was ze vanaf dag één kansloos. Achteraf vind ik dat ik iets had moeten doen. Daar schaam ik me nu voor.’

Toch kijkt niet iedereen er zo tegenaan. Zo vinden andere collega’s dat zij zichzelf juist onmogelijk maakte op de redactie, dat ze zich niet bescheiden opstelde, dat ze er niet paste, dat zij zichzelf isoleerde.

Foto: ANP

Na een aantal maanden voelt Marghadi zich steeds onzekerder worden, zegt ze. Ze kruipt in haar schulp, durft vrijwel niets meer te zeggen of te doen en voelt zich alleen. Op vergaderingen houdt ze haar mond. Een oud-collega zegt dat hij van dichtbij ziet hoe ze steeds teleurgestelder raakt. En hoe het contact met de redactie daardoor verslechtert. ‘Ze raakte steeds verder van iedereen verwijderd.’

Ze praat met hoofdredacteur Nooter over haar positie. ‘Na een aantal maanden kreeg ik een nieuw halfjaarcontract. Maarten zei erbij dat een aantal mensen op de redactie het daar niet mee eens was. Hij zei dat ze moeite met me hadden, dat ze me inhoudelijk niet sterk genoeg vonden. Ik vroeg hem wat hij daarvan vond. Hij zei dat hij daarvoor was gaan liggen, omdat hij wél vond dat ik het goed genoeg deed.’

Marghadi: ‘Ik vroeg hem hoe ik nu nog de redactievloer op moest. Hij zei: blijf gewoon je werk doen. Hij zei: er zijn altijd mensen die je een beetje vreemd vinden, je bent een vrij nieuw iemand die we hier nog niet hebben gehad.’

‘Ik kon alleen maar slikken’, zegt ze. ‘Ik zei alleen maar: dankjewel dat je ervoor bent gaan liggen.’

Ze voeren regelmatig gesprekken over de situatie, maar er verandert niets. ‘Ik zat geregeld huilend bij Maarten op zijn kantoor.’

De hoofdredactie, die haar zelf heeft aangenomen en haar heeft gewaarschuwd voor de cultuur op de sportvloer, doet in het openbaar vrijwel niets om haar te beschermen, zegt ze. Ze zorgen er niet voor dat Marghadi een mentor krijgt, ze helpen haar niet om haar kennis te verbeteren en spreken collega’s die haar uitfoeteren of belachelijk maken zelden aan op hun gedrag. ‘Ze hebben me gewoon laten verzuipen’, zegt Marghadi achteraf.

Grappen over religie en etniciteit

Het lijkt volgens medewerkers of de maatschappelijke discussies over racisme en discriminatie tot op heden aan sommige collega’s totaal voorbij zijn gegaan. Over mensen met een migratieachtergrond of religieuze overtuiging worden op de werkvloer geregeld grappen gemaakt. Een oud-medewerker maakt het als moslim zelf meermaals mee.

Hij herinnert zich een dienst als beeldredacteur. Op de tv’s op de redactie is te zien hoe FC Utrecht-speler Yassin Ayoub, van Marokkaanse komaf, in mei 2018 een rode kaart krijgt en daartegen protesteert. ‘Ineens hoorde ik een teletekstredacteur keihard ‘Allahoe akbar, Allahoe akbar’ over de redactie schreeuwen’, vertelt hij. ‘Ik was jong, durfde er niks van te zeggen. Maar ook chefs, eindredacteuren en andere collega’s zeiden niks. Niemand vond het kennelijk onwenselijk.’

Het is die sfeer die ervoor zorgt dat de jonge moslim op zijn hoede is. Hij heeft altijd een plastic tas bij zich om ongezien met zijn gebedsmatje naar de vijfde verdieping te kunnen lopen, waar hij bidt. ‘Als ik dat tasje was vergeten, vouwde ik mijn matje zo klein mogelijk op, zodat niemand het zou zien.’

Andere collega’s met een migratieachtergrond merken het ook. Een jonge medewerker met een Aziatische achtergrond wordt in het bijzijn van collega’s kroepoek, loempiaatje of pinda genoemd.

Bij een vergadering gaat het in februari 2020 over trainer Ron Jans, die bij zijn Amerikaanse voetbalclub FC Cincinnati in opspraak is geraakt doordat hij het woord ‘nigger’ meezong tijdens een rap. Het is een gevoelige kwestie in een verhit debat. Een ervaren medewerker vindt het allemaal flauwekul. ‘Wat is dit voor onzin?’, zegt hij, tot verbijstering van anderen. ‘Die niggers mogen dit woord wel gewoon zingen en anderen niet?’

Op de bijna volledig witte redactie is het voor sommige collega’s een doorn in het oog dat ‘het n-woord’ nog regelmatig openlijk wordt gebruikt als het over zwarte sporters gaat.

Pijnlijke opmerkingen

In de twee jaar dat ze bij NOS Sport werkt, maakt Marghadi meerdere, voor haar vervelende voorvallen mee.

In 2011 wordt ze naar eigen zeggen openlijk aangevallen door een collega na een interview in Het Parool. ‘Het was tijdens Roland Garros. In het gesprek met de journalist flapte ik eruit dat ik een echte Federer-vrouw was. Ja, dat werd natuurlijk de kop. Ik haalde daar mijn schouders over op, maar mijn collega kwam aanlopen met die krant. Hij schreeuwde dat ik níéts van tennis wist. Dat ik helemaal geen Federer-vrouw wás. Dat ik niet eens wist wat die gast deed. Ten overstaan van de hele redactie. Ik durfde niets terug te zeggen. De anderen keken alleen om. Ik wilde het liefst in de grond verdwijnen.’

Na de aanvaring raadt Nooter haar aan om zelf met de man te gaan praten, zegt ze. In een kamertje in het NOS-gebouw zit ze tegenover de collega. ‘Hij zei dat hij niet snapte waarom ik was aangenomen’, vertelt Marghadi. ‘Ook zei hij dat ik een experiment was. Een excuus-Marokkaan.’

Het raakt haar. Marghadi zegt dat de man vaker haar etniciteit benoemt. ‘Als ik bijvoorbeeld een tekst had herschreven en het was niet naar zijn zin, maakte hij geregeld opmerkingen als: o, dat zal wel Marokkaans zijn. Telkens van die kleine zinnetjes. Je weet niet of je ze als belediging moet zien. Maar ze deden pijn.’

In het gesprek vertelt ze wat haar dwarszit. ‘Ik heb heel open en eerlijk tegen hem gezegd: ik weet niet wat er mis is tussen ons. Ik zei: als jij vindt dat ik tekortschiet, help me dan alsjeblieft, zodat we samen een team kunnen worden – ik doe hier ook maar mijn werk, wat kan ik doen om het beter te maken? Daarop zei hij dat ik me moest verdiepen in de zaken. We hebben het uitgesproken, maar mijn hoofd bleef hangen bij de woorden die hij gebruikte. Experiment. Excuus-Marokkaan.’

De eindredacteur zegt zich de situatie anders te herinneren. Volgens hem schreeuwde hij niet, al had hij zich samen met collega’s wel verbaasd over het interview. ‘Een Federer-vrouw? Ze kon nog geen slagenwisseling becommentariëren.’ Volgens hem was het gesprek op zijn initiatief en wilde hij haar laten weten dat ze niet geschikt was voor het werk. ‘Mijn advies was: blijf hier niet werken, je haalt het niet. Dat was te goeder trouw.’ De man zegt nooit en op geen enkele manier te hebben gerefereerd aan haar afkomst.

Het is iets wat Marghadi vaker te horen krijgt, van verschillende collega’s: je hoort hier niet, je past hier niet. Je doet er verstandig aan te vertrekken.

Ook is er rond die tijd een incident met Jack van Gelder. ‘Op een gegeven moment drukte hij een briefje in mijn handen’, zegt Marghadi. ‘Er stond een telefoonnummer op. Ik zei: wat is dit, wat moet ik hiermee? Hij vertelde dat dit het nummer was van een bekende voetballer die kennelijk geïnteresseerd was in mij. Ik keek hem vragend aan. Maar hij zei: ja, jullie Marokkanen doen het toch alleen met elkaar?’

Van Gelder erkent met Marghadi te hebben gesproken over een verzoek van een voetballer, maar weerspreekt dat hij de uitspraak over Marokkanen deed. ‘Hij had mij gebeld en zei: goh, leuke meid bij jullie, die zou ik wel een keer willen ontmoeten, kan jij eens vragen of dat kan? Dat heb ik haar toen gevraagd. Die uitspraak over Marokkanen is echt schandalig, die heb ik no way gedaan. Ik heb niets met racisme.’

‘Giftige sfeer’

Veel werknemers worstelen er al jaren mee. Een werkvloer waar vrouwen zich soms onveilig voelen. Waar medewerkers met een migratieachtergrond zich gediscrimineerd voelen. En waar voor gezichtsbepalende presentatoren en commentatoren andere regels lijken te gelden.

‘Ik heb vaak op het punt gestaan om op te stappen’, zegt een NOS’er die een goede positie heeft binnen NOS Sport. ‘Maar ja, de NOS heeft zo’n beetje alle uitzendrechten in de sport. Dus wat moet je dan?’ Meerdere medewerkers laten weten dat ze allang bij de omroep zouden zijn vertrokken als de NOS niet de enige partij was geweest met de uitzendrechten.

Verschillende bronnen omschrijven de huidige sfeer als ‘giftig’. Anderen noemen die ‘naar’ en ‘cynisch’. Collega’s lachen elkaar achter hun rug om uit en kleineren elkaar, vertellen mensen. Soms spreken medewerkers niet met elkaar als ze bijvoorbeeld samen bij een voetbalwedstrijd zijn. Op reis weigeren sommige commentatoren en verslaggevers huurauto’s te delen met hun collega’s. Er zijn zelfs medewerkers die niet in hetzelfde hotel willen slapen als hun collega’s.

‘Je hebt eigenlijk twee opties’, zegt een medewerker, ‘meegaan of weggaan’. ‘Je moet hier nooit opmerkingen maken als: ‘Wat je nu zegt, raakt me.’ Dan lopen ze over je heen. Wat wel werkt, is terugschreeuwen. Als iemand me afblaft, brul ik net zo hard terug. Ik merk dat ik er een onaardiger persoon door ben geworden, ook tegen mijn collega’s.’

Foto: ANP

Medewerkers die bij de hoofdredactie hun beklag doen over onacceptabel gedrag van een ervaren presentator of verslaggever krijgen steevast hetzelfde te horen: ‘Zo is hij nou eenmaal.’ ‘Wij moeten ons aanpassen aan de eigenaardigheden van sommige beeldbepalende figuren’, zegt een NOS-medewerker. ‘In plaats van dat zo iemand er eens op wordt aangesproken.’

Zo grijpt de hoofdredactie niet in bij een incident met Jack van Gelder rond het EK voetbal in 2012, dat door drie bronnen wordt bevestigd. Wegens een krappe bezetting wordt een zeer ervaren eindredacteur van ‘buiten’ ingevlogen om in Polen en Oekraïne leiding te geven. Maar tijdens een voorbereidende vergadering in Hilversum maakt presentator Jack van Gelder bezwaar tegen de lijst met NOS-deelnemers aan de reis. Er staat een vrouw op die hem niet zint. Ze werkt al jaren bij NOS Sport.

‘Als die hoer meegaat, ga ik niet’, zegt Van Gelder volgens meerdere bronnen.

De eindredacteur, afkomstig van NOS Evenementen en niet gewend aan de cultuur op de sportredactie, stuurt presentator Van Gelder daarop een mail waarin hij hem verzoekt niet in dat soort termen over collega’s te praten.

Maar bij een volgende vergadering heeft Van Gelder het opnieuw over ‘die hoer’. Weer waarschuwt de eindredacteur hem, nu in een een-op-eengesprek.

Als Van Gelder in een mail aan meerdere collega’s de vrouw ‘die kut’ noemt, trekt de eindredacteur zijn conclusies. Hij laat de hoofdredactie weten dat hij afziet van de klus en niet zal meegaan naar het EK. Later blijkt dat de vrouw in kwestie niet naar het EK gaat, terwijl Van Gelder wel gewoon afreist.

De betreffende vrouw wil niet reageren. De eindredacteur bevestigt tegenover de Volkskrant dat hij zich destijds terugtrok, maar hij zegt over de toedracht daarvan niet nader te kunnen spreken. Jack van Gelder zegt in een reactie dat hij inderdaad wilde dat de vrouw niet meeging naar het EK. Volgens hem was dit ‘omdat zij sfeerbepalend kon zijn. Soms heel erg gezellig, maar soms ook wat minder.’ Hij kan zich niet herinneren haar ooit ‘hoer of iets dergelijks’ te hebben genoemd. ‘En als ik dat zou hebben geroepen, dan is het een foute uitdrukking.’ Mogelijk zou zoiets volgens Van Gelder ‘in de emotie’ gebeurd kunnen zijn.

Dat de hoofdredactie deels al bijna twintig jaar op het pluche zit, en zodoende vele (vriendschaps)banden op de redactie heeft, zorgt er volgens medewerkers voor dat het lastig is elkaar aan te spreken op gedrag. Daar komen de vele familiebanden binnen NOS Sport nog eens bij. ‘Je loopt het risico niet alleen problemen te krijgen met die persoon, maar ook met zijn familie’, zegt een medewerker. Een voorbeeld dat door veel (oud-)medewerkers wordt aangehaald, is de familie van hoofdredacteur Maarten Nooter. ‘Zijn vrouw, zijn twee kinderen en zelfs de familiehond (de teckel Messi, die de studio tijdens grote voetbaltoernooien van een huiselijker sfeer moest voorzien, red.) werkten allemaal voor NOS Sport’, zegt een medewerker.

Dat niet veel mensen hardop klagen, komt doordat er één belangrijk machtsmiddel is. ‘Als jij naar een groot toernooi mag, voelt het alsof je bent uitverkoren’, zegt een NOS-medewerker. ‘Dan word je op kantoor geroepen en krijg je te horen: jij mag naar de Spelen. Maar daar zijn geen objectieve criteria voor. Het is een kwestie van gunnen. Van de juiste vrienden hebben. En vooral geen vijanden.’

‘Het werkt gewoon niet’

De twee jaar die Marghadi bij NOS Sport achter de schermen doormaakt, staan in contrast met wat er in beeld gebeurt. ‘Zodra ik voor de camera stond, voelde ik me gelukkig. Die glimlach, dat was oprecht.’

Nieuws presenteren voelde als haar roeping, zegt ze. ‘Ik ben voorbestemd voor dit vak. Ik hou van praten, van vertellen. Het past bij mijn persoonlijkheid.’

Screenshots NOS Studio Sport

Maar na ruim anderhalf jaar als presentator roept hoofdredacteur Nooter haar bij zich, vertelt Marghadi. ‘Hij kwam meteen ter zake en vertelde dat hij mijn contract niet ging verlengen. Ik zei niets. Ergens had ik het aan voelen komen.’ Ze loopt weg, bedenkt zich en loopt dan opnieuw bij hem binnen. ‘Ik vroeg hem naar de reden. Hij zei: het werkt gewoon niet, het gaat niet langer.’

Wanneer Marghadi tijdens de urenlange gesprekken met de Volkskrant voor het eerst hoort dat ook voormalige collega’s hebben gezien dat ze werd gepest en geïsoleerd, huilt ze. ‘Ik heb altijd gedacht dat ik de enige was die dit zo voelde.’

Ze laat een app zien van een voormalige NOS-collega die onlangs heeft laten weten hoe erg hij het vindt wat er met haar is gebeurd. ‘Ik weet niet goed wat ik moet zeggen’, schrijft de collega. ‘Dat verdien jij niet. Dat verdient niemand. Ik mocht je oprecht graag.’

Ook Van Gelder meldt zich. Nadat hij een telefoongesprek heeft gevoerd met de Volkskrant waarin het bad-incident is besproken, stuurt hij haar een bericht. Hij biedt excuses aan voor de ‘vreemd overkomende grap’. ‘Ik kan mij dat niet meer herinneren maar geloof je op je woord in deze’, schrijft hij. ‘Dat betreur ik maar neem van mij aan dat ik je nooit heb willen kwetsen of afschrikken. Nogmaals sorry voor iets wat door mij verkeerd is ingeschat.’

‘Eigenlijk dringt nu pas volledig tot me door dat ze me daar vanaf het begin niet wilden hebben’, zegt Marghadi. ‘In retrospectief voel ik me dom en naïef. Het kruipt onder je huid als mensen je zo lang proberen duidelijk te maken dat je niet gewenst bent. Als ik aan mezelf denk in die tijd, voel ik me verdrietig. Ik werd kleiner en kleiner, al probeerde ik dat niet te laten zien. Maar van de Aïcha die daar bij NOS Sport binnenkwam, was aan het eind niets meer over.’

Bij haar afscheid in september 2012 brengt de NOS in overleg met haar een uitleg naar buiten die eigenlijk niet klopt: ze zou stoppen omdat ze niet alleen ‘het gezicht van’ wilde zijn en ‘dichter op het nieuws’ wilde zitten. Bovendien verwachtte ze haar tweede kind.

Zelf heeft ze jarenlang vrijwel niemand verteld wat haar is overkomen bij NOS Sport. ‘Voor mijn gevoel had ik gefaald, was ik mislukt. Ik nam het mezelf kwalijk.’ Op vragen van bekenden, mensen uit het vak en mensen op straat heeft ze standaard één antwoord klaar, zodat ze er niet over hoeft te praten. ‘Ik zei altijd: het leven. Het leven is me overkomen. Maar ik wil nu dat iedereen weet wat zich bij NOS Sport heeft afgespeeld. En waarom ik daar ben vertrokken.’

Wilt u in contact komen met de auteurs of heeft u informatie over grensoverschrijdend gedrag in de mediawereld: onderzoek@volkskrant.nl

De hoofdredactie van NOS Sport wilde niet inhoudelijk reageren op vragen van de Volkskrant. Na lezing van het artikel kwam hoofdredacteur Maarten Nooter met onderstaande reactie

‘Wij kunnen als werkgever vanwege privacy helaas nooit uitspraken doen over (oud-)medewerkers, hun functioneren en eventuele incidenten tussen medewerkers onderling. Hoe graag we het ook zouden willen. Niet extern en niet intern.

‘Maar richting onze eigen mensen, richting de melders hadden we daar wel iets op moeten vinden. Want wat ik me niet heb gerealiseerd, is hoelang grensoverschrijdend gedrag kan doorwerken. Hoeveel leed dat kan veroorzaken en hoeveel pijn dat tot op de dag vandaag kan doen. De mensen die daarmee te maken hadden, hadden we wél duidelijk moeten maken dat er vervolgacties waren geweest. Zelfs als dat in vage bewoordingen had gemoeten. Iets is beter dan niets. Maar dat hebben we onvoldoende gedaan, waardoor sommige mensen onderweg in de knel zijn gekomen. Dat spijt ons.

‘Ten aanzien van Aïcha vinden we het pijnlijk dat zij dit zo ervaren heeft. We hebben destijds geprobeerd haar te begeleiden en te helpen waar we konden. Ik herken me niet in de door haar genoemde voorbeelden. Dat zij dit zo heeft ervaren is verdrietig.

‘Het algemene beeld dat de Volkskrant schetst is evenzeer pijnlijk. De geluiden die hier naar voren komen, hebben ons helaas niet allemaal bereikt. Dat trekken we ons dan ook aan.’